De legitimiteit van bedrijven in een liberale democratie
In het nieuwe Working Paper De legitimiteit van bedrijven in een liberale democratie bespreekt professor Rutger Claassen de aard en rol van ondernemingen vanuit verschillende politiek-theoretische perspectieven. Deze perspectieven bevatten elk een eigen blik op de maatschappelijke functie van bedrijven en bieden daarmee verschillende aanknopingspunten voor beleidshervormingen.
De rol van bedrijven
Met deze publicatie wil de auteur bijdragen aan het debat over de vaak invloedrijke rol van bedrijven op consumenten, burgers, werknemers, aandeelhouders en anderen. Bedrijven worden bekritiseerd wanneer zij beslissingen nemen die niet corresponderen met breed levende maatschappelijke verwachtingen. Maar politici en beleidsmakers, ngo’s en journalisten, werknemers, aandeelhouders en banken hebben allemaal hun eigen verwachtingen. Hoe deze te kanaliseren en af te wegen?
Politiek-theoretische perspectieven
Claassen beschrijft vier politiek-theoretische perspectieven. In deze perspectieven worden ondernemingen gezien als (1) een verlengstuk van de staat ten behoeve van het publiek belang; (2) als een samenwerkingsverband van kapitaalverschaffers ten behoeve van hun financiële belang; (3) als een zelfstandige entiteit met zijn eigen doelstelling; en (4) als een samenwerkingsverband van stakeholders.
De auteur benadrukt dat deze vier theorieën in verschillende richtingen wijzen wat betreft beleidshervormingen. Een goed begrip van deze theorieën en de onderliggende aannames kan dan ook helpen bij het afwegen van verschillende beleidsopties. Gezamenlijk vormen zij dan een routekaart voor het nadenken over de legitieme rol van bedrijven.
Onderneming en Maatschappij
Working Paper nr. 43 De legitimiteit van bedrijven in een liberale democratie is geschreven in het kader van het WRR-adviestraject Onderneming en Maatschappij. De centrale vraag is hoe bedrijven kunnen floreren én optimaal bijdragen aan de Nederlandse samenleving. Een goede verhouding tussen bedrijfsleven en samenleving is in groot belang van beide, maar geen vanzelfsprekendheid. De WRR heeft dit adviestraject opgenomen in het werkprogramma om bij te dragen aan het debat over hoe deze verhouding toekomstbestendig kan worden gemaakt.