Vijfentwintig jaar later: de toekomstverkenning van de WRR uit 1977 als leerproces - 5
P.A. van der Duin, C.A. Hazeu, P. Rademaker, I.J. Schoonenboom (red.)
De toekomst is altijd onzeker. Toch is het mogelijk een systematisch beeld te vormen van toekomstige problemen en nieuwe mogelijkheden die op ons afkomen. Voor het ontwerp van mogelijk toekomstig toekomstonderzoek zijn bovendien lessen te trekken uit eerder toekomstonderzoek. In de bundel Vijfentwintig jaar later: de toekomstverkenning van de WRR uit 1977 als leerproces (WRR-Verkenningen nr. 5, 2004) wordt daarom de eerste Algemene Toekomstverkenning van de WRR geëvalueerd.
Lessen voor toekomstige toekomststudies
Toekomstige toekomststudies moeten een expliciete probleemstelling hebben en een duidelijke doelgroep. Daarnaast zou er aandacht moeten zijn voor de ontwikkeling van een raamwerk waarmee de meer verkennende toekomstverkenningen kunnen worden geëvalueerd. Dat zijn enkele lessen uit de WRR-bundel Vijfentwintig jaar later. De Algemene Toekomstverkenning (ATV) ontbreekt het aan zo’n concrete probleemstelling.
ATV: een kind van haar tijd
De ATV was een kind van haar tijd: een tijd van grote bevlogenheid en pretenties, een tijd ook waarin men probeerde vat te krijgen op de ontwikkelingen op de lange termijn. Ook dat is een conclusie die uit WRR-Verkenning naar voren komt. De bundel bevat bijdragen van: P. Rademaker en I.J. Schoonenboom, I.Th.M. Snellen, A.F. Correljé, R. Swart, T.A.P. Metze, J.J.B. Nijeboer, R. de Wilde, K.M. Paling, P.A. van der Duin en W.A.G.A. Bouwman, E.J.G. van de Linde, B. van Steenbergen, F.A.G. den Butter, W. Derksen, L. Eichperger, J. Ritsema van Eck en D. Snellen, H. van Gent en P. Rietveld, J.L.A. Jansen, J.M.C. Dirven, P.A. van der Duin en C.A. Hazeu.