Beslissen over biotechnologie
De overheid moet niet voor of tegen biotechnologie in het algemeen zijn, maar de afzonderlijke toepassingen ervan beoordelen. Bij die beoordeling spelen de ethische afwegingen die moeten worden gemaakt, een bijzondere rol, evenals de risico’s die bepaalde toepassingen met zich mee kunnen brengen. In het rapport Beslissen over biotechnologie (rapport nr. 64, 2003) geeft de WRR aan hoe de overheid met deze problemen kan omgaan.
Behoefte aan onafhankelijke kennis
Zowel bij het publiek als bij beleidsmakers en politici is er behoefte aan kennis over biotechnologie. Op dit moment zijn het waarheidsgehalte en de relevantie van die kennis vaak omstreden. Dit remt de ontwikkeling van de technologie en laat de kansen die zij biedt, onvoldoende benut. Volgens de raad is het aan de overheid om ervoor te zorgen dat kennis wordt gedeeld en getoetst, bijvoorbeeld door een op te richten virtueel kennisinstituut.
Belang van onafhankelijk toezicht
Voor een maatschappelijk draagvlak voor toepassingen van biotechnologie is het onder meer nodig dat het publiek vertrouwen kan hebben in de instituties voor risicoafweging en risicobeheersing. In dit licht is naast de beschikbaarheid en de toegankelijkheid van onafhankelijke kennis ook onafhankelijk toezicht een belangrijke voorwaarde. Het toezicht daarop moet meer op elkaar worden afgestemd omdat de grens ertussen vervaagt.