Wat betekenen de snelle veranderingen in de mondiale economische krachtsverhoudingen voor Nederland? In hoeverre kan en wil Nederland nog een eigen economisch beleid voeren?
Publicatie
De raad heeft zijn onderzoeksbevindingen en aanbevelingen uitgebracht in het WRR-rapport Naar een lerende economie, dat op 4 november 2013 is overhandigd aan minister-president Rutte.
Naar een lerende economie (WRR-rapport 90)
Het is hoog tijd voor een strategie gericht op het verdienvermogen van Nederland. Tot deze conclusie komt de WRR in het rapport Naar een lerende economie. Investeren in het verdienvermogen van Nederland.
Het zwaartepunt van de mondiale economie verschuift naar opkomende markten, nieuwe spelers komen naar voren, en steeds meer goederen en diensten worden in grensoverschrijdende ketens geproduceerd. China is qua omvang inmiddels de tweede economie van de wereld, en landen als India en Brazilië ontwikkelen zich ook snel. Dat heeft gevolgen voor economische sectoren en markten en voor internationale organisaties en instellingen. Daarbij heeft de financiële crisis nog eens duidelijk gemaakt hoezeer nationale economieën inmiddels met elkaar verbonden zijn. Kleine, middelgrote, en grote landen zijn sterk van elkaar afhankelijk en dat beperkt de mogelijkheden om de eigen economie te beïnvloeden en reguleren. De vraag is dan ook hoeveel ruimte Nederland in dit turbulente economische krachtenveld nog heeft en wil hebben voor eigen beleid.
Geïnspireerd door succesverhalen uit Azië en Latijns-Amerika ligt in veel Westerse landen (opnieuw) de vraag op tafel of, en zo ja hoe de overheid een actievere rol moet spelen om de economie te versterken en innovatief te houden. Frankrijk heeft een traditie van industriepolitiek, in het Verenigd Koninkrijk wordt nieuw beleid uitgewerkt, en in de Verenigde Staten is in 2010 een wet aangenomen die van de overheid verlangt dat zij de productiesector stimuleert. Ook de EU wil voor het einde van 2010 een aanpak voor industriebeleid gereed hebben. Japan heeft inmiddels een plan klaar als reactie op het beleid van de VS en de EU.
Hoe kan de welvaart van Nederland in de toekomst verzekerd worden? De WRR heeft dit onderzocht en ter inspiratie ook naar andere landen gekeken. De raad concludeert dat de Nederlandse economie zich telkens opnieuw moet kunnen aanpassen aan nieuwe mondiale omstandigheden en in weten te spelen op nieuwe kansen. Nederland kan zich niet langer onderscheiden op het vlak van monetair beleid, dat in Frankfurt wordt gemaakt, en evenmin door een eigen begrotingsbeleid, in toenemende mate een zaak van Brussel. Wat Nederland wèl kan, is investeren in goede opleidingen, goede mensen en veerkrachtige instituties.