Heb je vandaag al aan morgen gedacht, of aan overmorgen?
Met de publicatie van het essay ‘Tijd en ruimte voor beleid. Vooruitzichten voor de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid na een halve eeuw van politieke getijdewisselingen’ in het najaar van 2023 sloot de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) zijn tiende lustrumjaar af. Prof.dr. Ernst Hirsch Ballin (onder meer WRR-lid van 2014-2019 en nu adviserend lid van de raad) schreef het essay als reflectie op het 50-jarig bestaan van de raad. Een kritische terugblik en een bezinning met het oog op de toekomst: hoe kan wetenschappelijke beleidsadvisering bijdragen aan een hernieuwd vertrouwen in democratie en rechtsstaat?
Politieke getijdewisselingen
“In de vijftig jaar van zijn bestaan heeft de WRR woelige tijden doorgemaakt, met veel maatschappelijke en politieke getijdewisselingen. Eind jaren zestig maakte de samenleving zich los van de traditionele bindingen en de vanzelfsprekendheid van politieke ideeën. Men wilde bewust de toekomst vorm geven. Dat heeft geleid tot de instelling van de WRR, die specifiek aandacht moest hebben voor integraal, samenhangend beleid voor de lange termijn. Daarop volgde een periode waarin deregulering de trend werd, en de overheid veel overliet aan de markt. Dit neoliberale model kwam vervolgens ten einde door een aantal crises, zoals 9/11, de bankencrisis, de financiële crisis, en crises op het gebied van het klimaat, de internationale veiligheid en de migratieopvang.”
Beperkingen in tijd en ruimte
“Aanvankelijk koos de WRR ervoor zijn taak vorm te geven aan de hand van integrale toekomstverkenningen. Maar al snel bleek die werkwijze niet te realiseren en koos de raad voor een bescheidener benadering, meer gericht op de begeleiding van veranderingen dan op sturing. Daarbij kijkt hij vooral naar ontwikkelingen op een langere termijn dan de vigerende kabinetsperiode, iets waar democratieën meestal niet goed in zijn. De tijdshorizon van een democratie staat immers op gespannen voet met het denken over beleid voor de langere termijn. En dat terwijl grote vraagstukken zoals klimaat en energie juist een langetermijnbeleid vereisen.”
“Niet alleen tijd is een beperking van een democratie, ook ruimte. Ons parlement heeft immers alleen bevoegdheden binnen Nederland. Maar grote vraagstukken als klimaat, milieu, migratie, financiële stabiliteit en militaire veiligheid laten zich niet begrenzen door landsgrenzen. Die spelen zich af in complexe internationale relaties, blijkt steeds vaker.”
“Het antwoord geven op zulke vraagstukken is de missie en betekenis van de WRR in deze tijd, en daarbij verder kijken dan de beperkingen in tijd en ruimte die haast onoverkomelijk zijn voor een democratisch land als Nederland. Vandaar de titel van mijn essay: ‘Tijd en ruimte voor beleid’.”
Aandacht voor jonge en toekomstige generaties
“Bij de grote maatschappelijke vraagstukken is het essentieel ook aandacht te hebben voor de rechten van andere generaties. Het beleid dat een overheid voert, raakt immers niet alleen de mensen die nu naar de stembus gaan maar ook degenen die nog geen achttien zijn en zelfs toekomstige generaties. Generaties die nog geen stem hebben maar wel de gevolgen van het huidige beleid gaan ondervinden.”
“Bij dit alles moeten we letten op zwakke signalen uit de maatschappij en van buiten Nederland, zo is een van de lessen die ik in het essay trek. Dat is overigens niet gemakkelijk. Een trefwoord dat ik in reactie op de taken van de WRR daarom wil noteren, is complexiteit. In tegenstelling tot de beginperiode van de WRR weten we nu hoe complex ontwikkelingen zijn, over grenzen heen, en dat de toekomst niet onder controle te brengen is.”
Risico’s identificeren en beperken
“Recent schreef de Duitse socioloog Armin Nassehi een boek over onbehagen; ik verwijs daarnaar in het laatste stuk van mijn essay. Daarin laat hij iets belangrijks zien. Namelijk dat als de politiek pretendeert een bepaald probleem in goede banen te hebben geleid terwijl burgers dit anders ervaren, dat risico’s met zich meebrengt voor het vertrouwen van de samenleving in politiek en bestuur. Om deze situatie van onbehagen niet verder te versterken, zegt Nassehi, is het essentieel ernstige risico’s te identificeren en deze te beperken, om ze draaglijk te maken. Dat is een belangrijk inzicht. De WRR heeft in verscheidene publicaties laten zien dat die risico’s er op velerlei terreinen zijn. In de policy brief ‘Geen tijd te verliezen: van opvang naar integratie van asielmigranten’ uit 2015 wijzen we er bijvoorbeeld op dat de overheid geen tijd moet verliezen om asielmigranten bij de samenleving te betrekken, bijvoorbeeld door werk. Op die manier verklein je de risico’s van frustratie.”
“Als zich een probleem voordoet, gaat het er bovendien niet alleen om de schade daarvan te begrenzen, maar ook te kijken wat nodig is om te voorkomen dat de samenleving weer in zo’n situatie terechtkomt. Daarbij zijn lessen uit het verleden te trekken. Neem het Deltaplan. Na de stormvloedramp van 1953 is men niet gestopt bij het herstel van dijken, maar heeft men beleid bedacht om de risico’s van een mogelijke nieuwe ramp, hoe klein de kans daarop ook is, te beperken. Hierdoor zijn de risico’s effectief begrensd.”
Expertise leveren voor de rechtsstatelijke democratie
“Met zijn wetenschappelijk onderzoek gericht op grote maatschappelijke vraagstukken en de langere termijn kan de WRR helpen ontwikkelingen te identificeren die de samenleving zouden kunnen ontwrichten. Vervolgens is het wel nodig dat er tijdig beleid komt om dergelijke risico’s te beperken. Daarom zouden beleidsmakers en politici meer urgentie moeten ervaren bij de rapporten van de raad en van andere adviesraden, zoals de Adviesraad Internationale Vraagstukken of de Gezondheidsraad. Deze advisering kan immers de expertise leveren die nodig is om de rechtsstatelijke democratie te laten functioneren. Politici en beleidsmakers mogen daarnaast niet bang zijn voor kritische en zelfkritische reflectie. Zij moeten zich voortdurend afvragen: heb je vandaag al aan morgen gedacht, en aan overmorgen? Je kunt je daarin trainen. Het vereist dat je bedacht bent op langetermijnontwikkelingen en de risico’s daarvan, en dat je de moed hebt om anderen te attenderen op onderwerpen die politiek misschien onwelgevallig zijn. Dus: zwakke signalen vernemen, risico’s van fatale verstoringen onderkennen en de nadelige gevolgen daarvan begrenzen. In een democratie zijn we dat verschuldigd aan de samenleving en ook aan jongere en toekomstige generaties die nog geen stem hebben. Het gaat om hun levensperspectieven, hier en in de wereld om ons heen. Daar ligt een taak voor kennisorganisaties zoals de WRR.”